Column Sebieren Hassenmahomed – Aflevering 1: Johora: “Mag ik als persoon zelf bepalen of en wanneer ik verliefd word?”

“Hier woon ik, ik voel mij er de koning te rijk alhoewel ik niet weet of de majesteit het ook heerlijk heeft.” Met deze woorden word ik ontvangen door een 86-jarige Hindostaanse in Den Haag. Haar schoolnaam is Henna, de officiële naam is Johoragatoen; zij wordt Johora genoemd. “Ik ben moslim en ga regelmatig naar de moskee maar vind het niet nodig om te overdrijven. Zo loop ik niet alle dagen in een selwaar en jok ik als het nodig is.”

Sebieren HassenmahomedDit typeert Johora ten voeten uit. Johora is het 5e kind uit een gezin van zeven kinderen waarvan vijf meiden en twee jongens. Zij is geboren in een district waar geen straatje was of een fiets bestond. Haar oudste zus was niet enthousiast als het om activiteiten buitenshuis ging. Zij sprong in dat gat om ervan te profiteren. Omdat ze vrolijk was en van zang hield, werd ze ook gevraagd om boodschappen te doen of om een liedje te zingen.
Haar moeder was analfabeet en werd uitgehuwelijkt toen ze 13 was. Ze vertrok direct met de baraat naar de schoonfamilie. Beide gebeurtenissen wilde ze haar eigen dochters besparen dus stond ze erop dat de meiden wel naar school gingen en later gingen trouwen. In die tijd bestond ook de “Gauna”, het verschijnsel waarbij piepjonge kinderen door hun ouders aan elkaar beloofd werden voor later.

Johora: “Ik ken een geval van een jonge dame die bleef wachten terwijl de man al aan de vrouw was; zij trouwde tenslotte een ander.”

Twee zussen van Johora, 18 en 16 jaar, trouwden tegelijk. Dat was de oorzaak dat haar moeder ziek werd. De vader overleed toen ze negen was, met als gevolg dat de kinderen door familie werden opgevangen. Moeder logeerde toen bij familie en ging op zoek naar werk maar daar werd een stokje voor gestoken door haar vader en broers die haar maandelijks een bedragje toestopten.
Toen de moeder ontdekte dat Johora een minder goed functionerende oog had, besloot ze haar dochter bij zich te houden . De behandeling bij de dokter en opname in het ziekenhuis duurde heel lang zonder resultaat. Een buurvrouw kwam met een huismiddel dat goed hielp; het oog genas. Zij herinnert zich niet dat haar moeder zich ooit had gestoord aan bepaalde regels over uithuwelijken van kinderen op een bepaalde leeftijd. Johora was 21 toen er een voorstel kwam van haar oudere zus die een jongen kende. Na de dienbladceremonie werd haar formeel gevraagd of hij haar beviel. Ze had hem eerder gezien o.a. met haar broer en bij de zus maar dat was ook alles. Ze trouwden.

Johora: “We hadden een ideaal huwelijk, de schoonfamilie vond mij mooi, ik ben er warm ontvangen. Mooie momenten waren toen de kinderen geboren werden. Bij de derde vond ik het welletjes. Ik besprak dit ook met de arts. Die reageerde als volgt: “Als je je nu laat steriliseren, is er definitief geen zwangerschap meer. Je bent een knappe vrouw, je echtgenoot kan verongelukken en bij hertrouwen wil de man ook kinderen met jou”. Dus kreeg ik nog twee kinderen en een miskraam. Een schoonmoeder had ik niet; die was reeds lang voor mijn komst overleden, misschien als gevolg van de wrede mishandeling door mijn schoonvader. Hier gaat de wijsheid niet op, dat als je niet uit een warm nest komt, je ook geen warmte kunt geven. Zowel de kinderen als ik werden liefdevol behandeld. Ik deed het huishouden en zorgde voor de kinderen; hij werkte buitenshuis. De relatie met de zwagers was uitstekend, de oudste was ziek; hij overleed jong.”
“Bij diens overlijden ging het mis met ons huwelijk. Mijn man bleef bij de weduwe plakken enerzijds op aandringen van zijn vader om het familiebezit veilig te stellen, anderzijds omdat hij volgens mij ook verliefd was op haar. Ik kon kiezen of met hem meegaan naar dat andere huis of niets te eten hebben. Ik wilde wel met mijn kinderen bij hem zijn; tenslotte hield ik van hem, dus verhuisden we. In de nieuwe situatie voelde ik mij net een hond, ik moest toekijken hoe hij flirtte met haar.”
“Ik had erop gestaan dat mijn kinderen dezelfde school bezochten, maar het lukte moeizaam met vervoer van en naar school. Toen besloot ik om terug te gaan, hoe verdrietig ik dat ook vond. Ondertussen bleef ik mijn best doen voor hem. Op een dag sprak een zwager mij toe met de woorden: “Met huilen alleen schiet je niet veel op, de ander heeft het al van je gewonnen.“ Ik herpakte mij, ging een cursus doen, ontdekte dat ik talent had voor een vak en behaalde een diploma in kortere tijd dan anderen. Met het huishouden bij rijkere mensen en het geleerde beroep verdiende ik de kost. Het mooie was dat mijn schoonvader terugkwam op wat hij eerder geroepen had over het veiligstellen van hun bezit. Hij had niet bedoeld dat kinderen half wees gingen worden, verkondigde hij verdrietig. Vooral mijn jongste kind was bereid om tot middernacht op hem te wachten.
In 1973 vertrok ik net, als een grote groep Surinamers, vanwege de naderende onafhankelijkheid naar Nederland. Mijn beide broers zaten er al langer. Ik heb hier aaneengesloten gewerkt, ben officieel gescheiden en heb een eigen huis gekocht. De kinderen hebben allemaal gestudeerd. Ze staan op eigen benen. Niemand is in aanraking gekomen met Justitie. Die ene theorie over kinderen uit gebroken gezinnen gaat ook niet altijd op.
Op een gegeven moment werd er iemand tot over zijn oren verliefd op mij. Iik wist niet wat mij overkwam. Ik was absoluut niet op zoek en probeerde hem af te wimpelen. Omdat hij bleef aandringen, ontstonden bij mij ook prettige gevoelens, naast de zorgen over wat mijn kinderen en familie ervan zouden kunnen vinden. Beide partijen vonden ook iets! De rapen waren werkelijk gaar. Van mijn zus en haar echtgenoot kreeg ik vanaf het begin steun, ze zagen het als een mooie steun voor de oude dag. Langzaam maar zeker verminderde het verzet. Ik bleef doen wat voor mij prettig aanvoelde. Op een gegeven moment trouwden we. De relatie hield behoorlijk lang stand. Nu zijn we vrienden. Het nare vind ik als vrouwen van mijn leeftijd als steek onder water opmerkingen maken over hun standpunt omtrent een tweede relatie zo in de trant van “Ik zou het nooit doen!”. Zij weet dat het misschien over haar situatie gaat en zwijgt.

Met al haar kinderen en kleinkinderen onderhoudt Johora een prettige relatie. Zij is zelfs trots op zichzelf als zij van hen een compliment krijgt dat ze niet moeilijk doet.