Column Sebieren Hassenmahomed – Aflevering 30: Hanief: “Bij het studeren bond ik mijn haar met een touw aan het plafond vast”

Met angst en beven heb ik deze aparte persoonlijkheid benaderd. Lang erover gedaan om de stoute schoenen aan te trekken. Hij  stond bekend als een moeilijk persoon. Toen ik eenmaal tegenover hem zat was de eerste indruk; wat ziet hij er lief uit. Hij stak als volgt van wal:

“Houd er rekening mee dat ik een luis in de pels ben van menig Moslim. Het kan ook dat het gesprek voortijdig afgebroken  word. Ik ben graag kritisch en wil het naadje van de kous weten. Ik ben een aanhanger van het humanisme, dat is een wereldbeschouwing die de menselijke waardigheid,de vrijheid en de waarde van de persoonlijkheid centraal stelt. Daarnaast ben ik ook aanhanger van het pacifisme, hetgeen inhoudt een levenshouding volgens welke men geweld als middel om een doel te bereiken afwijst.

Ik haat de afwijzing van het westerse door Moslims. Het is hypocriet om wel gebruik te maken van  uitvindingen van hen. Anderen hoeven in geen geval door Moslims verketterd te worden. Ze leggen beslag op God t.w.: Er is geen God dan Allah, terwijl God van iedereen is. Bij het laatste gebed na overlijden ( Djanaza) wordt er om vergeving gevraagd ook al ben je een moordenaar, terwijl een ieder persoonlijk verantwoordelijk is om goed te leven zodat de hemel verdiend kan worden. Ieder mens is universeel. Helaas is er geen letter discutabel in  dit geloof. Ik had graag in de moskee van gedachten gewisseld over gelijke rechten voor iedereen. Mannen huwen verschillende vrouwen, lees kinderen, niet om hen te beschermen maar om het aantal Moslims te vergroten. De Profeet had beter mogen weten om huwelijken met minderjarige meiden aan de kaak te stellen. Ik vind het een kwalijke zaak dat uitgerekend hij een kind als huwelijkspartner heeft geaccepteerd. Juist omdat het in die tijd normaal was om minder jarige meiden uit te huwelijken, was hij de aangewezen persoon  om paal en perk te stellen. Hij gaf als Profeet geen goed voorbeeld. De praktijken die de IS (Idiote Staat) erop na houdt hebben ze niet van een vreemde. Sommige praktijken hebben in de tijd van de Profeet  op dezelfde wijze plaats gevonden zoals een aantal mannen op een rij om daarna met het zwaard te onthoofden. Ik heb dit gehoord van mensen die de bronnen hebben bestudeerd. Een Vrouw mag bij wijze van berisping geslagen worden. Dit slaan wijs ik af, we horen af te blijven van onze medemens.  Vrouwen mogen geen Imam worden, ze krijgen wel dezelfde plichten niet dezelfde rechten. Respect voor de Vrouw wordt niet nageleefd. Dankzij  vrouwen hebben wij het levenslicht gezien. Ik vind “Laksmi” ,de Godin van het licht,ook niet altijd terug in het dagelijkse leven.

Ik ben begin jaren zestig als eerste uit de familie op de  Ascania van Grimaldi naar Nederland gestapt.  Omdat de boot te groot was voor de Surinaamse havens ben ik met het vliegtuig naar Port of Spain, de hoofdstad van Trinidad gevlogen. Het passagiersschip  stopte in verschillende havens zoals in Portugal ,Southampton in Engeland daarna met het vliegtuig naar Schiphol. Het werd een reis van drie weken. Over Nederland wist ik van alles zowel uit de geschiedenislessen als van de aardrijkskunde.Hier werd ik opgevangen door mijn zwager, de broer van mijn echtgenote, hij was de eerste bekende Surinaamse sportman van die tijd. De man had een goede functie bij een Ministerie,was Universitair opgeleid. Hij had eerst mijn vrouw laten overkomen daarna kwam ik. Zij hielp in zijn gezin en  was wel met het vliegtuig gereisd. Ik vond een vliegreis te duur, de bootreis was drie keer goedkoper. Na drie maanden opvang bij hen gingen wij zelfstandig wonen. Binnen twee weken had ik een baan bij een Verzekeringsmaatschappij anders was er een uitkering mogelijk middels het Ministerie van Sociale Zaken, maar dat handje ophouden lag niet in mijn aard. Nederlandse collega’s stonden versteld van mijn beheersing van de Nederlandse taal. Over en weer gingen we bij elkaar over de vloer. Ze hebben mij ook geholpen om ons huis op te knappen.

Het was een duur leven met name de  huishuur en het penningsysteem voor stadsgas dat geïmporteerd werd; er ging een penning in de meter voor gasgebruik, als het gas op was ging er een nieuwe penning voor meer. Toen we aardgas uit Groningen kregen moesten de branders van het gasfornuis vervangen worden. Ik hield maandelijks netto honderd vijftig gulden over, veel te weinig om ervan rond te komen. Na het werk ging ik tot acht uur ’s avonds kantoren schoonmaken, daarna volgde ik cursussen. In het weekend meldde ik mij bij de koppelbazen van een NS station voor werk in Rotterdam. Voor het schoonmaken van olieboten van vrijdag tot en met Zondag verdiende ik honderd en vijftig gulden. Nederland was in opbouw toen ik kwam, ik was hard werken gewend, er was genoeg werk en ik kon goed leren. Ik heb van de gunstige omstandigheden geprofiteerd. In die periode is een Surinaamse jongeman overleden door een overdosis aan drugs. Zijn lijk is nog naar Suriname overgebracht om daar door zijn ouders en familie begraven te worden.

Mijn moeder was een liefdevolle zorgzame vrouw, zij kreeg zeven kinderen. Mijn vader overleed toen ik zeven jaar was. Moeder bleef straat arm en ziekelijk achter met de kinderen, terwijl zij uit een in Suriname bekende familie afkomstig was.  Volgens de gewoonte waren de heren uit dat gezin geschoold, de dames was dat verboden. Wij, half wezen, werden over de familie in de stad Paramaribo verdeeld omdat we niet op het platte land konden blijven waar we met onze vader hadden vertoefd. We kregen er last van het hoge water dat van ons erf een zee maakte. Mijn moeder werd als Assepoester ingezet bij haar broer in een groot huis in het hartje van Paramaribo. In die tijd zagen wij haar niet vaak. Haar ene dochter, mijn zusje, mocht  wel overdag bij haar verblijven, een slaapplaats was er niet. Ze liep dagelijks naar een ander adres waar er ergens in de hal een klein plekje over was, idem in een groot huis van de familie van mijn moeder. Ik heb regelmatig met een lege maag geslapen, maar wat kunnen kinderen hard en gemeen zijn tegen elkaar,naar mij waren ze kei en keihard. Ze gunden mij niet eens een blik. Mijn  oom, de vader des huizes, was weinig thuis vanwege interessante activiteiten die bij zijn hoge status in de maatschappij hoorden. Wij arme kinderen werden als ballast gezien, dat merkten wij aan de blikken van de familie klein en groot. Het leven was helemaal niet leuk om allerlei klusjes in mijn eentje te moeten klaren. Heb niet eens het geluk gehad om een keer te mogen spelen.

Het is een wonder dat ik geen prooi ben geworden van de misdaad. Het had verkeerd kunnen aflopen met mij. Ik wilde in de voor mij eenzame tijd ook erkenning dus trok ik op met grote jongens, heb met ze gerookt, ook bananen blad in papier gerold. Kattenkwaad was steeds aan de orde. Dankzij mama’s liefde en wijze lessen ben ik geen prooi van de misdaad geworden.  Haar motto was; als je hand tussen stenen vast komt te zitten, probeer de steen met beleid uit te schuiven, niet met geweld de hand proberen te trekken. Haar motto gold voor goede en slechte tijden. Zij heeft mij ook de inspiratie gegeven om mijn eigen gezin goed te handhaven.

Het kattenkwaad van de grote jongens bestond uit  meiden plagen,stelen,de baas spelen over anderen. Leiders pikten het niet als anderen een mooie meid hadden versierd, die mochten ze verplicht afstaan. Voor politie en ouderen was er voldoende ontzag en angst. Het meeste gebeurde buiten hun zicht. We waren net kameleons. Grote jongens zijn voor straf, soms vanwege verkrachting in “Rijpere jeugd” een internaat van het Gouvernement aan de Eerste Rijweg geplaatst. Minderjarigen gingen nooit naar de gevangenis.

Ik ervoer voor het eerst vreugde toen mijn moeder haar tweede partner leerde kennen. Ons gezin werd herenigd en we gingen terug naar waar we geboren en getogen waren. Het was ook hard werken voor ons allemaal maar het leven werd beter in het district. We hadden het niet breed, zelfs een ei was in die tijd schaars omdat er zoveel mogelijk verkocht moest worden. “Bhoedjal bhaat” ,in ei gebakken rijst, is een delicatesse gebleven. Ik heb geleerd om geen voedsel weg te gooien, zelfs een kruimel wordt bij mij voor de vogels gespaard.

Mijn oudste broer die in de stad woonde en in de winkel van onze Zus werkte, liet mij na de lagere school overkomen voor verdere scholing. Mijn Zwager, een politie agent, liet mij hard werken. Hij ging ervan uit dat hij niet mijn vader was, dat zei hij letterlijk. ’s Morgens liep ik eerst een paar kilometer om vijftig stuk verse puntjes bij de bakker te halen voor de verkoop in de winkel. Daarna een paar kilometers te voet naar school. Mijn broer trouwde en verhuisde. Ik bleef inwonen tot ik de MULO afgerond had. Voor studie en schoolwerk was er overdag geen ruimte. Tegen de tijd dat ik klaar was met de opgedragen taken was ik te moe, dus bedacht ik het volgende; mijn lange haar bond ik vast  met een touw aan het plafond. Het touw wekte mij zodra ik ging knikken bollen. Later kocht mijn Zwager een passagiers busje, een vaste taak kwam erbij namelijk het geld ophalen zonder dat ik een cent ervan kreeg, ook waste ik het busje; allemaal voor kost en inwoning. Gelukkig kon ik goed leren en waren de Onderwijzers aardig. Dhr Oedraysing Pharma was de enige Hindostaanse Onderwijzer in die tijd. Hij was opgevangen en opgeleid door de Rooms Katholieke Kerk. Zij hebben meer Hindostaanse kinderen onderwijs gegeven, echter er kwamen amper Moslim kinderen in hun Internaat. Misschien komt het ook door hun geringe aantal in vergelijking met anderen. Een heer Hoessein  was een uitzonderling, hij is ook naar Lourdes geweest. Over het algemeen zijn Moslims weinig flexibel, het wordt ons met de paplepel ingegoten o.a.:  ‘Allah djab halla karee, Khodaa khodee lagal tab Bhagwaan bhagal’. Toen de ene God kabaal schopte en een graf begon te graven maakte de ander dat hij wegkwam). Behoorlijke indoctrinatie dus.

Met mijn schooldiploma kwam ik in aanmerking voor mooie functies, ging netjes gekleed dat was een wit overhemd met vlinderdas. Buitenvrouwen waren schering en inslag anders hoorde je niet erbij, je telde niet mee. Er is ook misbruik gemaakt van mij als hoge functionaris. Het ging de jonge dames niet om mij als persoon maar om economische zekerheid voor zichzelf. Het is te begrijpen van vrouwen die zelf amper een middel van bestaan hadden in Surinaamse omstandigheden toen. Ik besefte zelf dat het zo niet verder kon. Veel later heb ik gehoord dat ik een kind had verwekt, het contact met dat kind is mij onthouden. Naderhand  werd aan mij doorgegeven dat,het kind dat overleden was eentje van mij was. Weet je de dames die zich met mij, een getrouwde man, inlieten waren niet mondig genoeg om mij op mijn gedrag te bekritiseren. Mij ging het makkelijk af, behalve mijn mooie verschijning, fungeerde ik boven gemiddeld waardoor er ook tegen mij opgekeken werd. Nadat ik ingezien had hoe ik bezig was gaf ik mezelf rekenschap te weten; “Wat gij niet wil dat U geschiedt, doe dat ook een ander niet”. Het is ook heel moeilijk om tegen de stroom in te bewegen. Mijn echtgenote had amper een andere keus dan te accepteren, zij was van mij afhankelijk. Ik heb nooit stil gestaan bij haar pijn over mijn gedrag. Ik geef eerlijk toe dat ik een product was van mijn omgeving.

In Nederland heb ik als eerste aan mijn enige broer, die ik dankbaar was voor mijn opleiding, gedacht om over te laten komen. Per brief heb ik hem laten weten dat er werk was in Nederland. Hij kwam, ging aan de slag en kocht een eigen huis. Naderhand kwam de rest van de familie.

Ik ben nu vier en tachtig, geniet van mijn pensioen de vogels en de kat. De dieren behandel ik met alle respect aangezien ze van mij afhankelijk zijn. Van mij krijgen ze de nodige zorg en medicatie zoals ik dat ook bij de medemens zou doen. Eentje heeft diabetes, zij krijgt twee maal daags een insulineprik. Ze krijgen ook  gezuiverd water, proef het verschil maar. Ik geef je een rondleiding in mijn twee etages tellende “hobby kist” , alles is netjes gesorteerd in de vele kasten en kisten. Onder de aanrecht zit de zuiveringsinstallatie op het dak de zonnepanelen en hier de luchtverfrisser. Ik kan altijd alles terugvinden tenzij iemand het verplaatst. Let maar op de ene papegaai, die praat terug. Hier leef ik. Ik kan nooit op vakantie en ik verhuis ook niet omdat alles dichtbij huis is zoals de slager en de supermarkt. Hier woon ik al ruim veertig jaar.

Toen ik alweer een poos geleden had vernomen dat  de Indonesiers in aanmerking kwamen voor de voorziening “Tropenjaren”, In de tropen zoals Indonesie, gewerkte jaren golden dubbel bij het berekenen van het aantal pensioenjaren, heb ik mij hard gemaakt om dat ook voor Surinamers voor elkaar te krijgen. Menigeen is er voor in aanmerking gekomen tot een bepaalde tijd.

Nadat ik  in 1988 weduwnaar werd, had ik aan vrienden bekend gemaakt dat ik toe was aan een partner in huis. Een vriendin had ik wel. Met haar was er geen huwelijk mogelijk vanwege haar gunstige financiele  situatie. Vrienden zorgden ervoor dat ik een weduwe leerde kennen die nu mijn vrouw is. Aan haar heb ik uitgelegd wat trouwen in gemeenschap van goederen voor mij in het ongunstigste geval zou kunnen inhouden. Wij kwamen overeen mede omdat zij alles beter vond dan de situatie waarin zij toen zat. Nu zijn we intens gelukkig met elkaar, het is een gouden greep.

Mijn eerste vrouw en ik hadden elkaar op eigen houtje leren kennen. Ik zag haar lopen en stapte op haar af voor een afspraak. Bij niet Moslims stelde ik mij voor als Henk, bij Moslims was ik Hanief. Op haar beurt nodigde ze mij uit om met haar ouders te bespreken indien  ik iets met haar wilde. Zelfverzekerd als ik was, stapte ik ook op de familie af. Ik respecteerde het dat zij niet zo toegeeflijk was als de andere jonge vrouwen. Bij haar familie aangekomen ontdekte ik dat ik haar broer al langer kende. In eerste instantie was het niet de bedoeling om over trouwen te beginnen, maar het gebeurde. Mijn moeder en andere familie zagen het niet zitten dat ik een dame van eenvoudig komaf ging trouwen. Ze hadden iemand uit een welgestelde familie verwacht. Ik hield voet bij stuk, ook toen mama zei dat ze niet meer mijn moeder wilde zijn als ik niet deed wat zij vroeg. Wat mijn moeder voor mij betekende en had gedaan kon nooit worden weg gewist, liet ik haar weten. Na een paar maanden huwelijk was alles weer koek en ei en kwam ik op bezoek bij haar. Ik ben zonder Baraat en familie getrouwd, zelfs de twee getuigen waren van de kant van de familie van mijn Vrouw. Zij overleed helaas  vanwege ziekte. Met onze kinderen heb ik een goede band. In Nederland was het gauw afgelopen met buitenechtelijke relaties ook omdat de kinderen geboren werden.

Ik zal je een document laten zien over Lichaamsafstand. Na mijn overlijden mag de wetenschap gebruik maken van mijn lijf. Voor mij geen begrafenis. Voor het geval ik thuis verzorging nodig mocht hebben heb ik een hoog laag bed klaar staan. Ik laat je nog iets zien, ben benieuwd wat jij zou doen. Toen de Euro werd ingevoerd heb ik bij het wisselen maar liefst twee honderd Euro teveel ontvangen. Zou jij retourneren?. Ik heb het wel gedaan omdat de kassier het wel zou ontdekken en het van zijn eigen toelage zou mogen terug betalen. Tot dit besluit kom ik omdat ik met dat bijltje heb gehakt.

Mijn grootvader uit India was een donker gekleurde korte man met een baard. Hij is  in Suriname van geloof veranderd, eerst was hij Hindoe later Moslim. Heel vaak waren de immigranten arme ongeletterden die ter camouflage ook hun naam hadden veranderd. Misschien hadden sommigen ook iets op hun kerfstok. Door verandering van identiteit konden ze niet getraceerd worden. Ik herinner mij hem als een strenge man,  die tegen ons schreeuwde veel weet ik niet.
Ze rookten de “Hoekka” of  de “cilam”, een pijp waarbij ze inhaleerden om daarna te hoesten. Verder was het vaak kommer en kwel aangezien ze afhankelijk waren van moeder natuur voor het planten en oogsten. Ze kwamen bij elkaar en hielden zich bezig met een Moskee. Reken maar dat er sprake was van incest met aangetrouwde verwanten. De schoondochter woonde standaard in en had niets te vertellen, er was ook sprake van zelfdoding vanwege ellende. Ook mijn huidige vrouw heeft in haar gezin met suicide te maken gehad.

In mijn huis klinkt vrijwel constant Hindostaanse klassieke muziek, dan hoef ik geen andere geluiden op te vangen waarvan ik last heb.