Column Amar K. Soekhlal – Aflevering 27: Amdani aur belasting

Reacties zijn gesloten

Binnen Europa en zeker in Nederland is er heftige verontwaardiging over het verschijnsel belastingontwijking door multinationals. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van internationale verdragen om de belastindruk te verlagen. Over de winst die een ( internationaal opererend) bedrijf maakt is belasting verschuldigd. Door gebruikmaking van allerlei legale fiscale constructies wordt nagenoeg geen belasting betaald. Zeker ook niet in het land waar de winst wordt gegenereerd. Nederland is een spil in het faciliteren van deze fiscale constructies. De verontwaardiging ontstaat omdat hardwerkende mensen over al hun inkomsten direct belasting moeten aftikken terwijl grote bedrijven met hun enorme winsten nagenoeg geen winstbelasting betalen en de bestuurders met enorme bonussen worden overladen. Tegenover belasting ontwijking staat belastingontduiking. In het laatste geval worden de inkomsten in het geheel niet opgegeven.

Ik heb ook een milde verontwaardiging, maar niet zo zeer over het bovenstaande. Een nicht van mij belde mij op om nautá te geven voor een kathá. “De pandit komt rond een uur of drie” zei ze nog. “Waarom zo laat” vroeg ik. “Ja, hij had nog een andere kathá” antwoorde ze. Ze vroeg ook aan mij welk bedrag zij aan die pandit moet geven. “De vorige keer heeft de pandit € 250 gevraagd”. En ik hoorde in haar stem de zware verzuchting van deze grote financiële last.. Ik weet toevallig waar de pandit woont en de afstand naar het huis van mijn nicht is minder dan 20 minuten. Binnen twee uur is de pandit weer vertrokken.

Een aardig uurtarief, dacht ik zo, waar menig advocaat heden ten dage met de moordende concurrentie, jaloers op zou zijn. Deze pandit heeft gewoon gevraagd naar zijn beloning! Ik heb ook een andere pandit meegemaakt, lid van de Arya Samáj. Na een hawan gaf de heer des huizes aan de pandit een envelop met € 150. De pandit weigerde met de opmerking “ ná bhayá hamlog dán ná ley lá” ( Nee broer wij nemen geen geld aan voor onze diensten). Maar hij boog dusdanig met gevouwen handen voorover dat die man routineus de envelop in zijn borstzak stopte. “Bahut dhanbát” zei de pandit met een grote smile. Nou, dit was ook een aardig uurtarief bedacht ik me. Immers, bij de samáji’s duurt een hawan veel korter dan een kathá. Als de pandit per week een paar van dit soort diensten verricht kan het bij elkaar een aardig resultaat voor hem opleveren. Ik vroeg mij af of over deze inkomsten belasting is verschuldigd?

In Nederland is een inkomst pas belast als er een bron aan ten grondslag ligt. Denkt aan bijvoorbeeld de bron loon uit dienstbetrekking, een periodieke uitkering, winst uit onderneming of een rest categorie resultaat uit overige werkzaamheden. Volgens vaste jurisprudentie worden als uitgangspunt de volgende drie algemene voorwaarden gesteld aan een bron van inkomen: deelname aan het economische verkeer, het (subjectieve) oogmerk om voordeel te behalen, en de (objectieve) verwachting dat het voordeel redelijkerwijs – in de toekomst – kan worden behaald. Zin deze voorwaarden van toepassing op de inkomsten van de pandit? Laten we het samen gaan invullen. De eerste voorwaarde is dat hij deel moet nemen in het economische verkeer. Denk aan een winkelier of een kapper die neemt met zijn activiteiten deel in het economische verkeer. Deze voorwaarde ziet erop dat de activiteiten zich plaatsvinden buiten de privé sfeer. Nou mijn nicht is, althans voor zover ik weet, zeker geen familie van die pandit. We kunnen gerust aannemen dat aan deze voorwaarde wordt voldaan. De tweede voorwaarde dan, het (subjectieve) oogmerk om voordeel te behalen. Die winkelier of die kapper verwacht dat hij met zijn activiteiten in het economische verkeer een voordeel gaat behalen, anders kan hij net zo goed stoppen.

Geldt dit ook voor de pandit? Volgens mij wel. Laten wij weer teruggaan naar het voorbeeld van mijn nichtje, waarbij de pandit gewoon een prijs opgeeft voor zijn diensten. Onderhandelen is er niet bij, omdat je dat niet doet met een pandit. Het voelt vaak aan als “take it or leaf it”. Dit is ook mijn indruk die ik heb gekregen uit een klein onderzoek. Nu gaan wij samen naar de derde voorwaarde. Was het voordeel ook redelijker te verwachten? Immers die winkelier of die kapper kan natuurlijk van alles verwachten en hopen, een prachtig bedrijfsplan opstellen met prachtige resultaten, maar in welke mate is het reëel dat hij zijn plannen ook zal realiseren? We gaan weer terug naar de pandit van mijn nicht. Kon de pandit dat voordeel ook redelijkerwijs verwachten? De pandit vroeg, zoals eerder gememoreerd een prijs, dus dat voordeel was zeker te verwachten. De pandit wist dat hij aan het einde van zijn kathá een bedrag van € 250 in zijn smetteloze witte kurtá kon steken. Het is ook een publiek geheim dat deze handelswijze van veel pandits staande praktijk is. Laten wij daar geen doekjes om winden. Naar mijn mening wordt en ik hoop volgens u ook, aan alle voorwaarden van een bron van inkomen voldaan en zou de pandit zijn inkomsten aan de belasting moeten onderwerpen. Uiteraard kan hij ook de samenhangende kosten in aftrek brengen op zijn inkomen.

De vraag aan welke bron de inkomsten moeten worden toegerekend staat nog open? We hebben hier twee smaken te weten ten eerste aan de bron winst uit een onderneming of aan de bron resultaat uit overige werkzaamheden. Alweer puttend uit mijn eigen kennis en ervaring pleit ik voor de bron winst uit een onderneming. Het meest onderscheidende criterium is het continuïteitsstreven bij de bron winst uit een onderneming. Iemand zei tegen mij dat het verrichten van de kathá zijn rojgári is. Bij een onderneming moet u niet alleen denken aan een fysiek gebouw met personeel. Tegenwoordig bestaat het kapitaal van veel ondernemers niet meer dan een laptop. Het kapitaal van de pandit is zijn tasje met boeken, de sankh, een bel, en zijn ghanti.

Overigens als wij de kathá van de pandit kwalificeren als een dienst, dan hoeft aan de derde voorwaarde niet voldaan te zijn om zijn inkomst te kunnen belasten. En dan hoor ik u denken, maar de pandit krijgt toch een sidhá mee? Ja dat kopt en beginsel is dit ook belast. Inkomsten in natura moeten worden gewaardeerd naar de waarde in het economische verkeer. O ja, nog een toevoeging. De dán die u geeft aan de pandit is niet aftrekbaar als gift. De pandit is immers geen Algemeen Nut Beogende Instelling. En hoe zit het nu met mijn en ik hoop uw verontwaardiging? Doet de pandit aan belastingontwijking?