Moslims zijn een graag besproken onderwerp in het nieuws, in praatprogramma’s, in de bar en zelfs op straat. Maar het is vaak een zeer met vooroordelen doorspekte discussie. Het gaat dan vooral over het “gevaar” dat moslims vormen , waarbij de man wordt geportretteerd als een terrorist en de vrouw als de onderdrukte. In de mainstream westerse film is het ook niet beter gesteld. Hollywood portretteert de moslim graag als een terrorist die de boel opblaast. De Nederlandse film voegt daar nog een type aan toe, namelijk de stereotype “domme (moslim) Marokkaan” van de straat, symbool voor de jongerenstraatcultuur. Met als centrale boodschap: de niet-moslims zijn beschaafd en de Moslims missen die beschaving.
Wat ben ik blij dat Bollywoodfilms grotendeels vrij zijn van deze stereotype weergave van thema’s en personages omtrent moslims. Neem bijvoorbeeld de Bollywood genre die gaat over terrorisme en waarin de relatie tussen Hindoes en Moslims centraal staan. Die kenmerken zich door goede dialogen en scenes die de complexiteit van het thema goed laten. Enkele voorbeelden van deze films zijn de film Roja (1992), Dil se (1998), Mission Kashmir (2000), Fanaa (2006), Dhoka (2007), Kurbaan (2009), My name is Khan (2010), en Haider (2014). In deze films zijn terroristische daden geen op zichzelf staande individuele daden, maar het resultaat van een verwevenheid tussen de politieke, historische en maatschappelijke factoren en individuele factoren. De boodschap in elk van deze film is dat terroristen niet worden geboren als terroristen, maar producten zijn van de samenleving. Het is daarom de taak van de samenleving de oorzaken te zoeken en te werken aan oplossingen. De dialogen en de scenes in de film leggen die oorzaken bloot. Een oplossing als ‘zet ze het land uit’ zal je niet voorbij horen komen, want de daders zijn burgers van het land.
Een andere categorie films waarin de hindoe-moslim relaties tot uiting komen is de romantische genre. Daarvan is mijn meest favoriete film Bombay (1995). Maar Gadar Ek Prem Katha (2001) en Veer Zara (2004) zijn ook het bekijken waard. In al deze films overwint de liefde uiteindelijk, maar de makers laten zien dat de acceptatie van de liefdesrelatie van weerzijden niet soepel verloopt. Zij brengen levensgroot in beeld dat oorzaken zoals angst, familieverplichtingen, en eer een beslissende rol spelen. Deze films omvatten een groter thema, namelijk de afscheiding Pakistan-India of de situatie Kashmir/Pakistan/India. Het gaat vooral om bredere politieke en maatschappelijke contexten die de relaties tussen hindoes en moslims onder druk zetten die generaties lang doorwerkt in de persoonlijke levens van hindoes en moslims. Zelfs tot in Europa bij de migranten. De film Total Sipaya (2014), een romantische komedie die in London afspeelt, illustreert dit goed .
Los van deze genoemde categorieën waarbinnen er specifieke aandacht is voor “hindoe-moslim issues”, of het nou terrorisme is of romantische dan wel interreligieuze relaties betreft, zijn moslims altijd al een integraal onderdeel geweest van de Bollywoodfilms. De hoofdpersonen in Bollywoodfilms kunnen zowel hindoe als moslim zijn, of het nou drama, romantiek, comedie, thriller of horror is, denk maar aan de legendarische films Pakeeza (1972), Coolie (1973), Amar, Akbar en Antony (1977) en Khuda Gawa (1992); zowel als “held” als “slechterik”. De rollen worden niet “getypeerd” door de religie van de held of de slechterik. De personages zijn goed of slecht, wat los staat van de religie. Toch zien we in al deze genres dat het de vriendschap is die tussen hindoes en moslims die impliciet gepropageerd wordt. Want alleen met liefde, vriendschap, wederzijds begrip en respect wordt afstand tussen de twee religieuze groepen overbrugd. Het is deze boodschap die Bollywood altijd heeft gebracht. En dit ondanks de politieke spanningen tussen India en Pakistan en diverse gebeurtenissen die in de Indiase samenleving deze twee groepen lijnrecht tegenover elkaar heeft geplaatst. Daar kan de westerse media en filmindustrie nog veel van leren!