Geheimen van het tuinhuis

Door Amar K. Soekhlal en René Haans

“Misi na misi, nengre na nengre”. De juffrouw is nu eenmaal de juffrouw , en de negers zijn de negers, ieder zijn plek. Ik vind dit één van de pakkende zinnen uit het schitterende boek van Rihana Jamaludin. Hoewel de slavernij is afgeschaft, de kleurverschillen en hiermee ook de hiërarchie in de samenleving is niet verdwenen. Integendeel!

De zestienjarige Alexandra Belgrave groeit op in de kleurlingenelite van Suriname. Een leven van slavernij is haar familie door hun witte voorouders gespaard gebleven, maar toch is het toekomstperspectief van Alex beperkt. Als meisje zal ze nooit kunnen studeren, hoe intelligent ze ook is. Tijdens de vakantie ontmoet ze Ernst Martzil, die aan een geheime uitvinding werkt. Hij zit niet direct te springen op een meisje dat wil helpen, maar dan merkt hij dat hij eindelijk iemand heeft gevonden met wie hij als zijn gelijke kan praten. Het verhaal speelt zich af in 1870 en de proloog brengt al meteen de spanning erin.

Figuur 1 Rihana Jamaludin. Foto door Rowie van der Vliet

‘De knal van een pistoolschot daverde, gevolgd door klapwieken en kreten van wegvliegende vogels. Het was begonnen. En het leven zou nooit meer hetzelfde zijn.’

Rihana is een sfeerbeschrijver. Als je het verhaal leest kun je de sfeer in het Paramaribo van 1870 zien, voelen en ruiken. Ook de manier waarop ze een situatie beschrijft is minutieus: ‘Josephine lag onderuitgezakt met haar hoofd op haar arm op het tafelblad en pende slordig de zinnen over zonder naar juffrouw Williams te luisteren. Ja, zij wel, dacht Alexandra jaloers, terwijl ze aan haar benauwende korset friemelde, dat haar in rechte houding dwong.’

Het verhaal laat ook het klassenverschil zien tussen de leerlingen op school. ‘Links van het schoolerf, aan de linkerzijde van de boom, speelden en zaten alle kleurlingenmeisjes. Aan de rechterzijde, zo ver mogelijk van de anderen, zaten de blanke meisjes. De directrice had er speciaal zitjes voor hen laten plaatsen …’

Als Alex en Jo op een dag een verlaten tuinhuisje ontdekken, maken ze kennis met Ernst. Ernst Martzil is de historische figuur Jan Earnst Matzeliger, geboren in slavernij in Suriname, maar later in Amerika bekend geworden als uitvinder.

Het boek leest gemakkelijk, voldoende spanning en in begrijpelijke taal, kortom een aanrader. Het enige minpuntje dat mij persoonlijk stoorde was het opzoeken van cursief gedrukte woorden in de woordenlijst achterin, het hield de voortgang in het verhaal even op.

Het was een fijn en soms spannend boek om te lezen, terwijl het ook een goed beeld gaf van Suriname in 1870. Geheimen van het tuinhuis, (Blossom Books) 303 blz. paperback met flappen 18,99 euro, als e-book 9,99 euro, verkrijgbaar bij boekhandel en via internet.

ACHTERGRONDINFORMATIE MATZELIGER

Figuur 2 Matzeliger

De jonge uitvinder in dit boek is Jan Ernst Matzeliger. Hij werd omstreeks 1851 in Suriname in slavernij geboren. Zijn vader was een planter van Duits-Franse afkomst. Als kind werd hij vrijgekocht en opgevoed door zijn tante Christie. In 1873 vestigde hij zich in Amerika. Tijdens het werken in een schoenenfabriek merkte hij op dat de productie beter zou kunnen. In de loop van enkele jaren ontwikkelde hij uit afvalmetaal een schoenmachine. Het principe van deze uitvinding wordt tot op de huidige dag gebruikt voor de fabricatie van schoenen. In 1883 verkreeg hij het patent. Hij overleed echter spoedig daarna (1889) aan tuberculose.
In de Verenigde Staten staat hij vermeld in de Encyclopedia of Black Inventors. Er zijn Amerikaanse en Surinaamse postzegels met zijn beeltenis.
Geheimen van het Tuinhuis is een avontuurlijk verhaal, dat zich afspeelt kort voor het vertrek van Jan Ernst uit Suriname.

Meer info:  www.rihanajamaludin.com

Een Indiase geniet achterover leunend van een hukká
Portret van een oude man met een lamp in West Bengalen omstreeks 1860