“Ik ga niet slagen, cry for me…”, luidde Peuredice’s appje. Ze heeft beroerd gewerkt voor de eerste deelexamens in dit examenjaar. “Kind, je hebt nog 2 deelexamens alvorens je het eindexamen doet”, moedigde ik haar aan. “Het einde is nog niet nabij, gewoon alle zeilen bijzetten en richting diploma blijven koersen!” “Makkelijk hoor, die woorden, daden kosten meer”, antwoordde ze me hopeloos.
Ik probeerde haar ervan te overtuigen dat het een verschijnsel is dat zich elk schooljaar weer voordoet: leerlingen die geknoeid hadden met de eerste deelexamens, halen met de juiste aanpak en flinke dosis inzet de eindstreep uiteindelijk wel. “Als je bij de pakken gaat neerzitten, ja, dan haal je het zeker niet. Maar jij bent een harde werker, vooral een doorzetter, hoe zou het jou dan niet lukken?” Ik vervolgde met een behoorlijke lading opbeurwoorden. Het ging toen iets beter met haar. De volgende dag liep ze me stralend en schaterend tegemoet op het schoolerf. “Weet u”, zei ze me recht in m’n ogen aankijkend met haar heldere, eerlijke, geestdoorgrondende ogen, “ik heb die heks in me verbrand.” “Wat heb je gedaan? Welke heks? Meisje, vertel!”
Peuredice helpt een paar keer per week een bejaarde buurvrouw, die ze naní noemt, met ditjes en datjes in de huishouding. Deze naní babbelt graag. Evenals Peuredice. Gezamenlijk houden ze tijdens dergelijke huishouduurtjes hun never ending chats. Naní vertelt haar over wat er maar in haar opkomt, in geuren en kleuren ook nog. Niet altijd heeft mijn Peuredice volledig oor voor de verhalen, maar vaak luistert ze wel om aan het einde een moraal te bepalen. Slimme meid.
Ondanks de dip door haar slechte cijfers, is Peuredice gisteren bij naní geweest. Ze heeft haar geholpen enkele roti’s te bakken. Naní maakte wat bhata chokha erbij. Er was genoeg ruimte voor een verhaal en naní koos ervoor haar het verhaal over de oorsprong en het hele gebeuren om Holi heen te vertellen. Elk jaar rond Holi herhaalt ze dit verhaal. Misschien bewust, wie weet, om de boodschap van dit feest goed te laten doordringen. Peuredice luisterde deze keer niet alleen uit beleefdheid naar het bekende verhaal. Nu om nog een reden. De herhaling schudde haar wakker.
Ze besefte dat er in haar ook een heks aanwezig was. Die haar vasthield, haar belette zich in te zetten om mooie cijfers te behalen. Een ontmoedigende heks die haar vasthield op de brandstapel naar het examen toe, om haar uiteindelijk te laten verassen. Zonder diploma. “Ineens, terwijl naní sprak”, vertelde ze me verder, “kreeg ik het gevoel dat er in mij een verandering moest komen, om een verandering aan mijn slechte cijfers te zien. Alsof ik bovenaan het geheel moet staan en mezelf moet leiden richting succes. In plaats van afhankelijk te wachten totdat succes toevallig bij mij langs komt. Op dat moment stroomde bruisende energie door mijn lichaam. Ik kreeg zin in aanpak, alsof ik alle verwikkelingen kon rechtzetten. En onvermoeid, onverslagen mijn doel zou bereiken. So true, Holi is de overwinning van het goede op het kwade. Nou, ik heb het kwade in mij verdreven en er is slechts ruimte voor mooie dingen: prachtige cijfers, mijn diploma en het mooie vervolg. Ik weet dat er medeleerlingen zijn met heksen in hen met die bedoeling hen neer te halen. Wat vaak lukt. Maar indien tijdig wordt ingegrepen, dan komt het goed.”
“Maar weet u juf, niet alleen medeleerlingen kan ik adviseren, er staan ook genoeg volwassenen op mijn lijstje die ook een innerlijke schoonmaakbeurt nodig hebben. In mijn buurt bijvoorbeeld, die man die naast nani woont. Hij speelt iedere dag, exact tijdens de siesta-uurtjes op het heetste moment van de dag, keiharde muziek af. Ja, hij moet ook die heks eruit schudden. Verder in de familie, ik heb enkele roddeltantes, hun karakter gelijk de tante van bhakt Prahlad, die moeten ook nodig een beurt ja. En laat zien, wie nog meer… misschien enkele van uw collega’s? En natuurlijk! Die kan ik niet overslaan … de overheid! Juf, zal ik een lijstje maken?”
“Nee kind, niet doen. Wat jij nu doet, is nadruk op anderen. De bedoeling is dat je eerst jezelf screent en schoonmaakt. Daarna help je eventueel anderen.” Gelukkig volstond ze met deze woorden van mij, weliswaar met een zekere teleurstelling. Een moment was ze stil, ik veronderstelde dat dit onderwerp voorbij was. Maar het was slechts een adempauze, ze hervatte haar geratel onvermoeid: “Maar juf, waarom wachten op Holi eens in het jaar om het goede te laten overwinnen, waarom niet vaker per jaar? Elke maand? Elke week? Of iedere dag! Dan heeft die heks geen schijn van kans. Dan gaat alles goed. Niemand met slechte gedachten, geen kwade bedoelingen.
Ik zei dat er, volgens mij, eer er een wil is om het kwade te verdrijven, er een wil moet zijn om dat te onderkennen. Vaak heeft men niet door dat men verkeerd, kwetsend bezig is. Het ego kan een obstakel vormen. De kunst is dat je dat overstemt om te kunnen inzien wat minder goed is.
“True true”, vervolgde Peuredice, “het is wel mooi om eens per jaar Holika op de brandstapel te zetten om daarna een kleurrijk feest te vieren. Maar we zouden elke dag Holikas in en om ons heen moeten verbranden. Om zo elke dag een kleurrijke dag te hebben. En blij feest te vieren”.
“Gelijk heb je en je hebt een goed begin gemaakt bij jezelf. Ga maar zo door, elke dag weer werp je de Holikas die je tegenkomt, op de brandstapel”, complimenteerde ik haar. Ze startte een reactie, maar werd onderbroken door de schel, die schel het einde van het ene, en het begin van het andere lesuurtje seinde. “Oki, byeee! See you tomorrow in your class, ik ga volgen ja, ik skip niet meer, ik moet mijn cijfers ophalen!”