Na de afschaffing van de slavernij in Suriname op 1 juli 1863 nam de behoefte aan nieuwe arbeidskrachten op de plantages toe. Met toestemming van de Britse overheid werden contractarbeiders in India gerekruteerd. In de periode van 1873 tot 1916 werden ruim 34.000 contractarbeiders uit India overgebracht naar Suriname. Ongeveer een derde van hen is teruggegaan naar India na het uitdienen van hun vijfjarig arbeidscontract. Een klein deel is in Suriname bezweken aan ziekten en het zware werk. De meesten hebben zich permanent in Suriname gevestigd en zijn door hun ijver en spaarzin succesvolle landbouwers geworden. Hun nakomelingen worden Hindostanen genoemd. In Suriname vormen zij nu met ongeveer 150.000 mensen de grootste bevolkings groep en in Nederland zijn zij met 175.000 mensen eveneens de grootste groep onder de Surinamers.
Prof. dr. Chan E.S. Choenni heeft de geschiedenis van de Hindostaanse contractarbeiders te boek gesteld. Niet alleen door uitgebreide literatuur- studie en archiefonderzoek, ook aan de hand van oral history geeft Choenni een inkijk in het leven van de contractarbeiders. Zo geeft hij een levendig beeld van de werving en selectie in India, van het transport naar de havenstad Calcutta/Kolkata en van de reis overzee. Ook beschrijft hij de aankomst in Suriname en het dagelijks leven van de contractarbeiders op de plantages.
Prof.dr. Chan(dersen) E.S. Choenni (Paramaribo, 1953) was bijzonder hoogleraar Hindostaanse Migratie. Hij was verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam, waar hij de Lalla Rookh leerstoel bekleedde.