Inleiding
1.Narendra Modi populair onder Hindoestaanse Nederlanders
De populariteit, niet alleen van premier Narendra D. Modi, maar ook van delen van het hindoe-nationalistische gedachtegoed van de Hindutva-beweging en de Bharatya Janta Partij (BJP), groeit met de dag, vooral onder hoogopgeleide Hindoestaanse Nederlanders. Ik weet, dat voorbeelden geen bewijzen zijn, maar deze kunnen wel enige indicatieve betekenis hebben. Op een goed bezochte bijeenkomst van hindoe-ouderen in de mandir van ASAN in Den Haag in november 2024 uitten een aantal jongeren luidkeels en herhaaldelijk slogans, zoals Jai Shiyá Rám, die door nationalisten in India gehanteerd worden. Deze zijn kenmerkend voor het brahmaans sanátani hindoeïsme. Deze slogans zijn typerend voor orthodoxe hindoes die aan de leiband van brahmaanse nationalisten lopen. Eigenlijk is deze ouderenbijeenkomst ideologisch gekaapt door een groep van militante, welbespraakte jongere Nederlandse hindoes, die sympathiseren met hun Indiase geestverwanten en de hindoeminderheid in Bangladesh die recentelijk door de moslimmeerderheid wordt onderdrukt. Ik vraag me af, of ik de houding van deze jongeren en hun politiek-maatschappelijke stellingname dien af te wijzen? Zo ja, op welke gronden? Ik moet zeker meer denk- en leeswerk verrichten om deze vraag naar behoren te kunnen beantwoorden. Enkele van mijn vrienden en kennissen, allen Hindoestaanse Surinamers en Nederlanders, volgen met bijzondere belangstelling al enkele jaren o.a. via YouTube vrijwel dagelijks de recente politieke ontwikkelingen in India. Het is zeker niet overdreven om te stellen, dat in Den Haag niet alleen het aantal sympathisanten, maar ook dat van fervente aanhangers van Narendra D. Modi, gestaag groeit. Hij is de huidige Indiase premier en de onbetwiste leider van de Bharatya Janta Partij (BJP), de hindoe nationalistische partij, die vanaf 2014 aan de macht is. De BJP heeft niet alleen de centrale regeermacht via democratische verkiezingen in handen, maar evenzo die van een aantal belangrijke deelstaten, o.a. in de Hindi Belt.
- Discussies
Regelmatig worden er video’s van YouTube – helaas ook met pertinent onjuiste informatie – kritiekloos doorgestuurd naar familie, vrienden en geloofsgenoten. Voor sommigen vormen deze video’s – helaas – de enige bron van informatie over recente ontwikkelingen in, de historie en de oude cultuur van India. Ook sommige van mijn kennissen discussiëren graag over o.a. Akhand Bharat, Onverdeeld India, alsof deze subcontinentale staat vroeger altijd heeft bestaan nota bene onder het regime van hindoevorsten, door de Indiase staat gesubsidieerde pelgrimstochten (hadj) van moslims, discriminerende wetgeving m.b.t. scholen en mandirs van hindoes, oprukkende secularisatie en verwestersing, de niet-hindoeafkomst van de voormalige premier Jawaharlal Nehru, Waqf: een mosliminstelling die een van de drie grootste landbezitters is, afwijzing van de termen hindoes en Hindoestan, dat ongeveer 160 miljoen Indiërs door de Britse machthebbers zouden zijn vermoord en veel meer. Opvallend is dat er geen of nauwelijks discussie is over o.a. het racistische erfelijke kastenstelsel, dat de ‘hogere’ játi’s (10 – 15 % van de bevolking) de politiek domineren en dat een kleine groep exorbitant rijk is. Hoogopgeleide Hindoestaanse Nederlanders stellen generaliserend, dat Nederlandse media en zelfs westerse wetenschappers al te vaak een vertekend beeld geven van de huidige ontwikkelingen in en van het verleden van India. Vooral het onbenoemd laten van de vroegere en huidige intellectuele prestaties van de hindoecultuur is een doorn in de ogen van vele árya samáji hindoes. In sommige gevallen hebben zij geen ongelijk!
3.Nationalistisch denken
Nationalisme en nationalistisch denken zijn in Nederland zeker niet populair, vooral niet in linkse kringen. In Frankrijk, Oostenrijk, Italië en de VS, maar ook dichter bij huis: in Vlaanderen en Duitsland, neemt het nationalisme een sterkere positie in dan in ons land. Ook in een klein land als Suriname is het nationalisme, vooral in delen van de Afro-Surinaamse bevolkingsgroep een factor van betekenis. Is het een euvel om in bepaalde opzichten de voorkeur aan je eigen regio, (geboorte)land, cultuur en bevolking te geven zonder andere landen, culturen en volken als inferieur, primitief of vreemd te beschouwen? Is het streven van nationalisten naar solidariteit en eenheid in een ‘plurale’ samenleving niet voor de hand liggend? Hoe zou je anders aan ‘nation building’ bijv. in Suriname kunnen doen? Ook de elite van Nederland keek vroeger met andere ogen niet alleen naar verre landen en vreemde volken, maar ook naar delen van de eigen bevolking. Het valt mij op, dat het nationalisme in Nederland plaats heeft gemaakt voor eurocentrisch denken, vooral in de media. Ook het relativeren is in bepaalde kringen erg in de mode. Je bent tolerant als je alle elementen van alle culturen als gelijkwaardig aan de westerse cultuur beschouwt. Binnen enkele decennia zijn alle culturen gelijkwaardig verklaard. Benoemen van reële cultuurverschillen m.b.t. tolerantie, ongelovigheid, afvalligheid, de positie van vrouwen, kasten, inheemsen, verplichte bekering, het superieur achten van de eigen religie, het aanhangen van theocratie i.p.v. democratie en veel meer kan zelfs als discriminatoir worden geacht. Anderen in vooraanstaande posities zwijgen in alle talen over discriminatoire opvattingen in ‘heilige’ boeken rechtstreeks afkomstig van een god of zelfs de God. Het vrije woord staat onder druk, zelfs onder primitieve druk. Dat hebben we 24 jaar geleden in Amsterdam gezien: met een gestoken mes in de borst of onthoofdingen elders. Er gaat ook in Nederland veel schuil achter de vrijheid van godsdienst, een verworvenheid van het Verlichtingsdenken in Europa.
4.Groeiende interesse voor India
Ook ik ontvang regelmatig video’s over o.a. actuele gebeurtenissen in India. De wieg van ongeveer 85% van onze over- en grootouders heeft in de deelstaat Uttar Pradesh (UP, thans met ongeveer 220 miljoen inwoners) in Noord-India gestaan. De culturele – in het bijzonder de religieuze – verwantschap van Hindoestaanse Nederlanders met Noord-India kan na vele generaties moeilijk ontkend of genegeerd worden. De invloed van Indiase films, bepaalde tv-programma’s en sociale media neemt nog altijd toe. Op de meeste Hindoestaanse huwelijksfeesten is dit aan o.a. de feestkleding, niet alleen van de talrijke gasten, maar vooral van de bruid en de bruidegom duidelijk te zien. Het eerste wat opvalt, zijn de uitnodigingskaarten. In India gedrukt in groot formaat en in opvallende kleuren. Steeds meer Hindoestaanse Nederlanders, ook hoogopgeleide jongeren, bezoeken als toeristen India. Vooral de traditionele pelgrimsoorden zijn erg in trek. Dit heeft niet alleen met globalisering, de groei van onze welvaart en mobiliteit te maken, maar ook met culturele en etnische herkenbaarheid. Er ontstaan vriendschapsrelaties tussen Hindoestaanse Nederlanders en Indiërs. Anderen hebben de familie van hun (over)grootouders, die als contractarbeiders op Surinaamse plantages in de periode 1873–1921 (?) hebben gewerkt, kunnen opsporen. Ook ik was in mijn studietijd geïnteresseerd in de cultuur, historie en de onderontwikkeling van India. Dit zijn macro onderwerpen, zeker niet behapbaar in twee literatuurtentamens en een groot bijvakspecialisatie. Ik moest mij beperken tot het kastenstelsel, enkele facetten van sociaal-culturele verandering en moderne reformaties in het hindoeïsme. De kennis die ik toen vergaarde was beperkt. Na mijn pensionering in 2005 kwam er in deze situatie verandering. Om vele actuele vragen enigszins te kunnen beantwoorden, ben ik in de eerste jaren van niet-verplichte arbeid literatuur over het hindoeïsme, i.h.b. over de árya samájbeweging, gaan bestuderen. De laatste jaren heb ik vooral boeken gelezen over het Indiase nationalisme, een vertaling van de Ramayan van Gosvami Tulsidas, de maatschappelijke positie van vaishya– en shudra-játi’s, dalits en ádiváshi’s (deze vier groepen vormen tezamen tweederdedeel van de Indiase bevolking en de laatste twee groepen behoren tot de minst bedeelden), de hindoe-moslimrelatie en de positie van het Hindi. Boeken, niet alleen geschreven door wetenschappers uit India (o.a. B.R. Ambedkar, D.N. Jha, Shashi Taroor, Maria Mishra, Arvind Sharma, Sushil Mittal, B.G. Tilak, Lala Lajpat Rai en Romila Thapar), maar ook van de hand van geleerden uit het Westen (o.a. J. Fowler, T.B. Hansen, Klaus K. Klostermaier, Peter van der Veer, Wendy Doniger, K.W. Jones en J.T.F. Jordens). Ik hoop nu op een bescheiden manier bepaalde aspecten van de Indiase cultuur en historie ter hand te kunnen nemen. De verzamelde info zal selectief en geordend in een serie korte artikelen gepresenteerd worden. De bovenstaande tekst vormt een inleiding op deze serie.